Je hebt bijvoorbeeld een account nodig voor elke website waar je iets kan maken of delen. Of als je ergens lid van bent. Voor een account heb je een login-naam en een wachtwoord nodig. Vaak is je login gewoon je email-adres.
Vul bij het maken van een account alleen in wat echt nodig is.
Geen * naast een vraag? Dan mag je dat veld leeg laten. Doen! Niet iedere website hoeft alles van je te weten, vul dus alleen de velden in die verplicht zijn.
Meestal zijn alleen inlognaam en wachtwoord echt belangrijk.
Bij de verplichte velden kan je trouwens ook zomaar wat invullen. Gebruik een alias!
Alleen voor belangrijke zaken of websites doe je serieus en geef je echt op wie je bent. Maar dan nog: zet niet je hele naam in een e-mailadres… Dat hoeft van niemand en het is veel beter om een anoniem e-mailadres te hebben.
Zie de aparte pagina’s over een account maken en wachtwoord tips bij de links.
Externe links
Verder leren
Niet te verwarren met een e-mail-alias. Dat is een extra e-mail-adres. Je gebruikt een schuilnaam in plaats van je eigen naam. Op veel websites kan dat.
Bij een alias kun je meestal ook een vierkant plaatje kiezen of uploaden (vaak te zien als cirkel).
Raketje (Pixabay)
Naja (Pixabay)
Distel (eigen foto)
Tech komt van technologie, computertechnologie wel te verstaan.
De grootste giganten zijn Meta (moederbedrijf van o.a. Facebook en Instagram), Google, Amazon, Microsoft en Apple. Eerst waren het met name vijf internationale bedrijven (the big five), maar de afgelopen jaren is de hoeveelheid bigtechbedrijven gegroeid. Nu horen bijvoorbeeld ook Airbnb, Netflix en LinkedIn erbij.
Al deze bedrijven zijn multinationals, waardoor ze moeilijk door wetgeving in afzonderlijke landen aan te pakken zijn. Multinationals zijn bedrijven met vestigingen en medewerkers in verschillende landen, al hebben de meeste hun oorsprong in de Verenigde Staten en genieten ze daar nog steeds veel vrijheid. Doordat wetten op belastinggebied, privacy en concurrentie in verschillende landen behoorlijk kunnen verschillen, vinden multinationals sluiproutes om precies te doen wat ze zelf willen (en regulering te voorkomen). Deze grote bedrijven betalen bijvoorbeeld bizar weinig belasting.
Doordat alle mensen tegenwoordig veel online activiteiten hebben, hebben deze supergrote bedrijven ook een enorme invloed op ons complete doen en laten. Veel meer dan wenselijk is.
Een lastig punt is daarnaast is dat start-up’s die later concurrenten zouden kunnen worden, regelmatig worden opgekocht en ingelijfd door big tech. Zo worden deze grote bedrijven steeds groter en machtiger.
De bigtechbedrijven verzamelen eindeloos veel gegevens over wat iedereen op het web doet. Met de kennis die daar uit voorkomt kunnen ze het online gedrag van mensen beïnvloeden. Zo zorgen ze dat we zo lang mogelijk in hun apps blijven rondhangen.
Gelukkig zijn er initiatieven om het internet weer in handen van de mensen en kleinere bedrijven te brengen. In Nederland wordt daaraan gewerkt door Public Spaces en De Waag. Ook de Europese Unie spreekt big tech aan en voert wetten in om hun macht aan banden te leggen, zoals de DSA. Vooral voor het overtreden van privacyregels deelt de EU stevige boetes uit, maar helaas liggen de bedrijven niet echt wakker van een miljard euro boete.
Externe links
Booleaans zoeken kan toegepast bij het zoeken in databases en archieven (gesloten zoeken). Dit is een voorbeeld van zoeken in teksten naar combinaties van honden en katten. Je zoekt met Engelse termen.
In het zoeken met een algemene zoekmachine zoals Google, Bing en DuckDuckGo is Booleaans zoeken tamelijk overbodig:
* Een operator is een symbool voor een bepaalde handeling. Hier zijn de symbolen letters, maar operatoren kunnen ook andere tekens zijn.
** Sterker nog: er bestaan samengestelde begrippen die uit vaste combinaties van woorden bestaan. Denk aan bekende namen (Nelson Mandela) of begrippen (Oranje Leeuwinnen, Rode Duivels). Algemene zoekmachines zijn hier erg goed in en je hoeft dus geen AND in de samenstelling te zetten. Meer informatie bij ‘De juiste zoekwoorden’ onderaan (zie Verder leren).
Externe links
Verder leren
Er zijn drie soorten cookies die voor korte of langere tijd worden geplaatst:
1. Voor een goede werking: functionele cookies
Deze cookies zijn die nuttig zorgen dat de website die je bezoekt goed werkt. Ze bewaren jouw instellingen, zoals wachtwoord en de taal, en ze zien waar je al geweest bent op een website. De website-eigenaar analyseert en verbetert daarmee de website, maar mag deze cookies niet gebruiken om een profiel van je op te bouwen. Deze cookies kun je het beste accepteren (en soms kan dat ook niet anders).
2. Om het meten wat je doet: analytische cookies
Analytische cookies meten je websitebezoek. Vaak via Google Analytics; je geeft hiermee niet alleen informatie aan de website, maar ook aan Google. Er bestaan ook privacy-vriendelijke statistiek-programma’s zoals Matomo.
3. Om je te volgen op het web: tracking cookies (trackers)
Met tracking cookies bouwt een website een profiel van je op. Vaak door jouw bezoek aan verschillende websites te combineren. Er zijn (tracking) cookies van derden (anderen), in het Engels: third-party cookies. Hiervan spreek je als websites op hun beurt andere websites toestaan om ook cookies op jouw computer te plaatsen en te lezen.
Als je persoonlijke advertenties ziet heeft dat direct te maken met tracking cookies. Een website werkt prima als je de cookies van 2. en 3. weigert. Doen dus!
Informatie over het gebruik van cookies op een website vind je op de pagina’s over het zogenaamde cookie beleid of het privacy beleid. Vaak staan die onderaan elke pagina in de footer.
Telecomwet
De telecomwet verplicht websites toestemming te vragen voor cookies. Vandaar die vervelende cookiebanner die je bijna altijd ziet. Het weigeren van functionele cookies is minder handig, dan werkt een website niet of minder goed. Maar eigenlijk moet er altijd iets te zien zijn, dat is verplicht op grond van de AVG (Algemene Verordening Persoonsgegevens).
24+ Gokreclames
En dan zijn er ook nog die cookiebanners waarmee je moet aangeven of je ouder dan 24 bent in verband met gokreclames. Heel goed dat die vraag er is, en beter ook om hier echt NEE te zeggen. Gokreclames zouden beter weer verboden kunnen worden. Veel jonge mensen raken verslaafd aan gokken.
Externe links
Verder leren
Het werkt zo. Spiders of zoekbots gaan langs bij websites. Zo’n zoekbot stelt zich netjes voor (‘hallo, ik ben spiderbot xx’) en gaat aan het werk na toestemming van de website. Hij leest nauwkeurig wat er staat en kopieert alles wat hij vindt. Dat heet de crawl.
Na de crawl maken zoekmachines een index van alle gevonden informatie. Een zoekmachine zoekt in zijn eigen (gigantische) index en dus niet live op het web. Daarom kan een zoekopdracht ook zo snel gaan!
ZOEKBOTS doen een crawl, de zoekmachine maakt een INDEX. Zie de links
Verder leren
Exif informatie van een camera-bestand kan bestaan uit:
Voorbeeld van de metadata bij een illustratie:
Externe links
Alleen de grote algemene zoekmachines maken een index van het hele world wide web. Dat zijn Google, Bing, Yandex en Baidu. Zoekmachines als Ecosia, DuckDuckGo en Qwant draaien op de indexen van Bing en Google, soms met wat aanvullingen.
Een zoekmachine zoekt in zijn index en niet live op het web. Dat is de rechterhelft van dit plaatje. Daarom kan een zoekopdracht ook zo snel gaan! Het vullen van de index (de linkerhelft) staat los van het zoeken zelf.
Verder leren
Een influencer heeft via social media invloed op het gedrag van zijn/haar volgers.
De mening van een influencer over een product, merk of dienst kàn heel authentiek (echt) zijn, maar vaak zit er een reclamecampagne achter vanuit een merk of bedrijf. Dan heeft een influencer gewoon gekozen voor het vak als een manier om geld te verdienen. En kan de mening van influencer alle kanten op.
Want: influencen lijkt een heel effectieve manier van reclame maken te zijn. De reclameboodschap komt direct bij de doelgroep terecht.
Het is/was lastig om te beoordelen of de influencer voor deze beïnvloeding betaald wordt. Vloggers hebben daarom in 2019 het initiatief genomen voor een ‘sociale code’.
Externe links
Verder leren
Zie ook dit interview met data scientist Anna Pillar in Kits+
Klik hier voor het volledige interview.
Externe links
Een menu kan verschillende vormen hebben en op verschillende plekken staan. Vaak vind je een menu bovenaan een webpagina als horizontaal rijtje met een stuk of vijf links.
Maar het kan ook links of rechts staan in verticale kolom.
Menupagina’s zijn soms mappen (folders) en hebben dan weer subpagina’s. Het is niet altijd even makkelijk om een overzicht te krijgen welke pagina’s een site heeft en hoe je daar moet komen. De zoekfunctie op een website kan je helpen.
Dit zogeheten hamburger icoon wordt op de mobiele versie van websites gebruikt om het menu aan te duiden. Klik er op en het menu wordt geopend.
Snippet betekent: fragment.
1. Een zoekresultaat bestaat uit 3 of 4 onderdelen (domeinnaam en webadres kunnen samen staan). De beschrijving of snippet is samengesteld uit tekst van de gelinkte pagina.
Zoekresultaat met een snippet
1. Er bestaan ook featured snippets, directe antwoorden. Dat zijn stukjes die Google als blauw citaat (fragment) van een website presenteert, vaak als antwoord op een door Google automatisch bedachte vraag. Je ziet ze ook bij Meer om te vragen. Kijk goed of de bron geschikt is, want zo’n direct antwoord is lang niet altijd het beste ‘antwoord’.
Voorbeeld
Zoekvraag: hoe vang je een rivierkreeftje
Bovenaan staat een direct antwoord in grote letters:
Direct antwoord met een featured snippet. Dit is een prima bron, maar controleer dat steeds zelf.
Externe links
Verder leren
Het woord wordt niet zo vaak meer gebruikt, maar beschrijft heel goed wat je vaak doet op internet: van de ene plek naar de andere gaan. Ofwel surfen over de golven van het web.
Vroeger deed je dat van website naar website, tegenwoordig vooral binnen je eigen social media account. Dat is alsof je binnen bepaalde muren zit, opgesloten in een walled garden.
Vroeger deed je dat van website naar website, tegenwoordig vooral binnen je eigen social media account. Dat is alsof je binnen bepaalde muren zit, opgesloten in een walled garden.
Alles speelt zich op het platform af, links naar buiten zijn er bijna niet.
Het is belangrijk dat mensen kunnen blijven uitleggen wat een algoritme precies doet en op welke input de uitkomsten gebaseerd worden. Input betekent hier: welke data worden er in het algoritme ingevoerd?
“Met een walled garden wordt een browse-omgeving bedoeld die de toegang tot content van de gebruiker regelt. Dit soort platformen komt vooral voor op mobiele apparaten zoals smartphones of tablets. Voorbeelden hiervan zijn social media als Facebook en (…) zoekmachines als Google. De content die gebruikers te zien krijgen, wordt door middel van algoritmes en advertenties bepaald. (…)” Quote van Frankwatching Walled garden: je hele leven in één app. Zie de links.
Alles speelt zich op het platform af, links naar buiten zijn er bijna niet.
Externe links